Behandeling

Het blijft onduidelijk welke behandeling het uiteindelijk beste resultaat oplevert bij mensen met PPD. Mensen met PPD zoeken zelf vrijwel nooit psychologische of psychiatrische hulp voor hun problemen omdat ze in de meeste gevallen hun eigen gevoelens van voortdurend wantrouwen niet problematisch, ontwrichtend of onaangepast vinden. Zij vinden het vaak maar moeilijk om kritisch naar zichzelf te kijken. Wel kunnen zij zich ervan bewust zijn dat zij moeite hebben om hun woede te beheersen of om goed met anderen om te gaan.

Individuele psychotherapie
Op basis van ervaringen van psychiaters lijkt een individuele psychotherapeutische behandeling het meest geschikt. Individuele psychotherapie dient in eerste instantie gericht te zijn op het verminderen van de gevoelens wantrouwen en vijandigheid. Het belangrijkste doel van iedere therapievorm is om het idee dat niemand te vertrouwen is aan te pakken. Vervolgens is het belangrijk om te werken aan het beperkte probleemoplossend vermogen van de patiënt. Een lange termijn aanpak en intensieve (2 of meer sessies per week) individuele psychotherapie is vaak nodig.

Met degenen die uiteindelijk toch bereid zijn om hun paranoïde persoonlijkheidsstoornis onder ogen te zien, gaat het vaak uiteindelijk beter, al kan er tijdens iedere periode van stress een behoorlijke terugval plaatsvinden.

Wel moet dan eerst gewerkt worden aan het opbouwen van het gevoel dat een behandelaar te vertrouwen is en niet onderdeel is van de omgeving die toch al als vijandig gezien wordt. Kom als psychiater per ongeluk eens vijf minuten te laat op het consult en al je moeite is voor niets geweest. Vertel dat je ooit hebt meegewerkt aan een enquête over PPD en je wordt nimmer meer vertrouwd.

Mensen met PPD zijn vaak zo lastig te behandelen dat psychiaters het als verspilde moeite gaan zien om tijdens het consult een daadwerkelijke therapie uit te voeren. Als gevolg daarvan wordt vaak maar naar medicamenteuze oplossingen gezocht.

Medicijnen
Patiënten met een Paranoïde persoonlijkheidsstoornis wantrouwen vaak ook de farmaceutische industrie en zien in het voorschrijven van medicijnen een complot van de 'medicijnmaffia', die alleen maar op macht en geld uit is.

Hun therapietrouw is als gevolg van het bovenstaande wantrouwen natuurlijk heel slecht en de neiging tot verslaving (drugs en drank) om hun geest soms wat tot rust te krijgen helpt ook niet echt.

Vaak blijkt ook dat ze een medicijn, waar ze de eerste week zo over jubelden, al de volgende week weer waardeloos vinden. Het is voor een buitenstaander tevens een duidelijk signaal voor het bestaan van PPD als iemand tientallen verschillende stripjes met waardevol, waardeloos en werkeloos geachte medicijnen voorhanden heeft.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten